Het Ken Burns-bewegingseffect wijzigen dat op een foto is toegepast

Standaard wordt een bewegingseffect toegepast op elke foto die of elk stilstaand beeld dat u toevoegt aan een project. Dit effect, dat het "Ken Burns-effect" wordt genoemd, zorgt ervoor dat het lijkt of de camera langs de foto schuift (pannen) of dichterbij of verder weg wordt bewogen (in-/uitzoomen). U kunt dit effect wijzigen door het punt aan te passen waar de zwaaiende beweging begint en eindigt, waar wordt in- of uitgezoomd op de beweging, enzovoort. U kunt het effect ook helemaal verwijderen.

Het Ken Burns-effect wijzigen

  1. Ga naar de projectkiezer, selecteer een stilstaand beeld door erop te klikken en druk vervolgens op de C-toets of klik op de knop voor bijsnijden.

    Afbeelding van de knop voor bijsnijden

  2. Klik in het weergavevenster op de knop 'Ken Burns' (A, hieronder).

    Een groene rechthoek (die het gedeelte van het beeld aangeeft dat wordt weergegeven als het effect begint) en een rode rechthoek (die het gedeelte van het beeld aangeeft dat wordt weergegeven als het effect eindigt) worden op het beeld weergegeven.

    Als u op de knop met de dubbele pijl klikt (B, hieronder) verruilen de rechthoeken voor begin en einde van plaats. Door op een rechthoek te klikken kunt u dit actief maken zodat u het formaat en de locatie ervan kunt aanpassen.

    Afbeelding van het bijsnijvenster en de bijbehorende regelaars

  3. Sleep de groene rechthoek om de grootte en positie ervan te wijzigen zodat deze op het gedeelte van het beeld wordt geplaatst waar het Ken Burns-effect begint.

  4. Sleep de rode rechthoek om de grootte en positie ervan te wijzigen zodat deze op het gedeelte van het beeld wordt geplaatst waar het Ken Burns-effect eindigt.

  5. Bekijk het resultaat door op de afspeelknop (C, hierboven) in het weergavevenster te klikken.

  6. Klik op 'Gereed' als het effect naar wens is.

Het Ken Burns-effect en andere foto-instellingen standaardiseren

U kunt de standaardinstellingen aanpassen voor bijsnijden, weergaveduur en het Ken Burns-effect dat wordt toegepast op foto's die u aan uw project toevoegt. Tijdens het toevoegen van foto's worden automatisch deze standaardinstellingen toegepast.

  1. Selecteer een project in de projectbibliotheek of open een project en kies vervolgens 'Archief' > 'Projecteigenschappen'.

    U vindt het Archief-menu in de lichtgrijze balk boven aan het scherm.

  2. Sleep de schuifknop voor de fotoduur om in te stellen hoe lang (in seconden) u elke foto op het scherm wilt weergeven in uw project.

  3. Voer een van de volgende handelingen uit:

    • Om de instellingen toe te passen op alle foto's die zich al in uw project bevinden en op alle beelden die u later toevoegt, selecteert u 'Geldt voor alle foto's'.

    • Om de instellingen toe te passen op foto's terwijl deze aan uw project worden toegevoegd, selecteert u 'Geldt bij toevoeging aan project'. Dit heeft geen gevolgen voor foto's die al deel uitmaken van het project.

  4. Kies een van de volgende opties uit het venstermenu 'Eerste fotoplaatsing':

    • Passend in kader:  Hiermee wordt de grootte van de foto aangepast aan de beeldverhouding die u voor het project hebt ingesteld.

    • Snij bij:  Hiermee wordt een zo groot mogelijk deel van de foto weergegeven, maar de hele foto past wellicht niet in de beeldverhouding die u voor het project hebt ingesteld.

    • Ken Burns:  Hiermee wordt een willekeurig bewegingseffect toegepast op de foto, waardoor het lijkt alsof de camera heen en weer beweegt en in- of uitzoomt op de foto.

U kunt het Ken Burns-effect op elk gewenst moment wijzigen of verwijderen. Meer informatie hierover vindt u in het volgende onderwerp: Bijsnijden, roteren of het Ken Burns-effect wijzigen of ongedaan maken.