Geavanceerde instellingen voor het exporteren met QuickTime opgeven

De standaardexportopties in iMovie zijn geschikt voor de meest gangbare situaties: u wilt uw film delen via YouTube, Facebook, MobileMe, enzovoort, u wilt uw film delen met behulp van iWeb en andere Apple programma's via de mediakiezer of u wilt uw film op een dvd branden.

Als u een ander type videocompressie wilt gebruiken, zoals Apple Intermediate Codec, en u bekend bent met videobestandsstructuren en compressieopties, kunt u met de geavanceerde instellingen uw bestanden op de door u gewenste manier exporteren.

iMovie ondersteunt vele videobestandsstructuren, waaronder AVI, Image Sequence en QuickTime.

Er zijn meerdere opties beschikbaar voor de compressie van deze videobestandsstructuren. Wanneer u uw film bijvoorbeeld in de QuickTime-structuur bewaart, kunt u videocompressiestructuren zoals H.264, MPEG-4 Video en DV/DVCPRO-NTSC kiezen.

iMovie ondersteunt ook veel geluidscompressiestructuren, zoals AAC, Lineaire PCM, Apple Lossless en meer.

Uw film met geavanceerde instellingen exporteren

  1. Open een project of selecteer een project in de projectbibliotheek in iMovie en kies vervolgens 'Deel' > 'Exporteer met QuickTime'.

    U vindt het Deel-menu in de lichtgrijze balk boven aan het scherm.

  2. Typ een naam voor uw film in het veld 'Bewaar als'.

  3. Kies de locatie waar u de film wilt bewaren.

    Als de gewenste locatie niet wordt weergegeven in het venstermenu, klikt u op de knop met de blauwe pijl rechts van het veld 'Bewaar als' en bladert u vervolgens naar de gewenste map.

  4. Kies de bestandsstructuur waarnaar u wilt exporteren uit het venstermenu 'Exporteer'.

  5. Klik op 'Opties' om de standaardinstellingen te zien voor de compressie, de kwaliteit, de snelheid van complete beelden, het wijzigen van de beeldvolgorde, de coderingsmodus en de afmetingen.

  6. Om de compressie-instellingen (oftewel de codec), waaronder de kwaliteit en de beeldsnelheid, te wijzigen, klikt u op 'Instellingen' (deze optie is niet beschikbaar voor alle exportstructuren) en geeft u de gewenste instellingen op. Afhankelijk van de exportstructuur die u kiest, worden er verschillende codecs en compressieopties weergegeven. Als u de exportstructuur 'Film naar QuickTime-film' hebt geselecteerd, kunt u de volgende aanpassingen uitvoeren:

    • Als u het compressietype, de beeldsnelheid, de complete beelden, de gegevenssnelheid en de compressorkwaliteit wilt aanpassen, klikt u op 'Instellingen'. Als u een lage waarde opgeeft bij 'Complete beelden' (bijvoorbeeld '10') wordt er een film van een betere kwaliteit aangemaakt met een grotere bestandsgrootte. Stel de beeldsnelheid als laatste in. Uw videobeelden kunnen schokkerig worden weergegeven als u de beeldsnelheid instelt op een waarde lager dan ongeveer 12 beelden per seconde. Instellingen voor een hogere kwaliteit compressie leiden tot een grotere bestandsgrootte van uw film.

    • Om filtereffecten, zoals vervaging, kleuraanpassingen of verouderingseffecten, toe te voegen, klikt u op 'Filters', selecteert u een filtertype in de lijst en kiest u vervolgens de gewenste instellingen. Eventuele filters die u toepast, zijn van invloed op de gehele film. Het resultaat van de filters is zichtbaar terwijl u verder werkt aan de film.

    • U kunt de beeldgrootte instellen door op 'Grootte' te klikken en vervolgens een dimensie-instelling in het venstermenu te selecteren. De instelling van de grootte is van invloed op de gehele film. In dit venstermenu kunt u ook opgeven of zwarte balken boven en onder de film behouden moeten blijven.

    • Om een film zonder geluid te exporteren, schakelt u het aankruisvak 'Geluid' uit. U kunt het aankruisvak ook inschakelen en vervolgens op 'Instellingen' klikken om de standaardgeluidsexportinstellingen te wijzigen, waaronder de structuur, de samplefrequentie, de samplegrootte en de kanalen.

    • Als u deze video op het internet wilt streamen, schakelt u het aankruisvak 'Maak gereed voor internetstreaming' in en selecteert u vervolgens het gewenste streamingtype. Als u 'Streaming met hints' selecteert, kunt u nog meer streaminginstellingen opgeven, waaronder de payloadcodering, de pakketgrootte, de pakketduur, het QT-metadata-interval, de herhalingspakketten en het herhalingsinterval.

  7. Klik op 'Bewaar' nadat u de gewenste exportinstellingen hebt opgegeven.